Samen met de leden van het bijzonder comité een steentje verlegd in het Tiense sociaal beleid

Na zes jaar stopt Ine Tombeur als schepen van mensen, al zegt ze liever “sociale zaken”. Ine zal zich volledig op haar mandaat in het Vlaams Parlement richten, waar ze alles rond werk en armoede, maar ook enkele Tiense dossiers zal opvolgen.  

“Als ik terugkijk op de afgelopen zes jaren, mogen we trots zijn op onze realisaties ” zegt Ine Tombeur. Het waren ook geen evidente jaren, de uitdagingen rond de coronacrisis en de opvang van de Oekraïners, de energiecrisis zorgden voor een extra grote werkdruk binnen het OCMW. 

Tombeur startte aan haar bevoegdheid met het opstellen van een duidelijke missie en visie rond het sociaal beleid: iedereen voldoende kansen geven om zich te (her)integreren in de Tiense maatschappij, waarbij werk en de kennis van het Nederlands twee belangrijke hefbomen zijn. Zo wilde ze een structureel beleid voeren, ook naar de meest kwetsbare toe. Samen met alle Tiense sociale partners trachtte ze iedereen mee te krijgen om voldoende (zelf)redzaam te worden. 

Maar ze botste op bepaalde grenzen; om mensen toe te leiden naar de arbeidsmarkt merkte ze als snel dat er “een wortel” miste. Het verschil tussen werken en niet werken moet groter, sociale voordelen moeten gaan naar zij die er op basis van hun inkomen  en niet op basis van hun statuut zoals bijvoorbeeld “werkloos zijn”, recht op hebben, oplossingen zoeken voor de randvoorwaarden om een opleiding te kunnen volgen of aan de slag te kunnen gaan: voldoende kinderopvang en kennis van het Nederlands bijvoorbeeld. 

Tombeur merkte ook dat de sleutel voor enkele sociale lokale uitdagingen in Brussel liggen. Daarom neemt ze dan ook veel zaken die ze in Tienen mocht ervaren mee naar het Vlaams Parlement om er daar verder mee aan de slag te gaan. “Ik ben het team van ons OCMW, en in het bijzonder het maatschappelijk werkers, dan ook heel dankbaar voor de fijne, constructieve samenwerking. We spraken ook al af dat ik nog wel eens zal binnenspringen, om het beleid dat we in het Vlaams Parlement uitwerken, lokaal te komen aftoetsen. Want het werk dichtbij de mensen, ga ik toch wel missen,” zegt Ine Tombeur.

“Ik ben de leden van het bijzonder comité heel dankbaar, dit comité beslist over de steunaanvragen. Alle leden hebben de afgelopen legislatuur, over de partijgrenzen heen meegewerkt aan een rechtvaardig sociaal beleid, steeds met het rechten- en plichtenverhaal in het achterhoofd. Je hebt de OCMW-wetgeving, die we uiteraard moeten volgen,maar in deze regelgeving zit er heel wat ruimte voor interpretatie vervat. Deze interpretatieruimte hebben we met het bijzonder comité en de maatschappelijk werkers zoveel mogelijk geobjectiveerd binnen de visie van ons sociaal beleid. Dit zorgt voor duidelijkheid voor de cliënten, de maatschappelijk werkers en de leden van het bijzonder comité. Ik wens mijn opvolgers veel succes met deze bijzonder mooie uitdaging.”, besluit Tombeur.