
“VDAB versterkt haar beleid door taalopleidingen en -opdrachten op te nemen in de afsprakenbundel van de werkzoekenden. Die aanpak werpt zijn vruchten af, vooral bij specifieke doelgroepen”, weet Tombeur.
Vooral vrouwen en mensen met migratieachtergrond
In de eerste elf maanden van 2024 voltooiden 4.914 mensen een VDAB-taalopleiding — georganiseerd door VDAB zelf of een van haar partners. NT2-lessen via het Agentschap Integratie en Inburgering vallen daar dus niet eens onder.
De meeste cursisten zijn tussen 25 en 59 jaar oud, met een duidelijke meerderheid vrouwen. Opvallend: 75 à 80 procent van de deelnemers heeft een migratieachtergrond. “VDAB weet de meest kwetsbare doelgroepen dus effectief te bereiken”, zegt Tombeur.
Cijfers spreken boekdelen
Leefloners ten laste van het OCMW kregen in 2021 in totaal 842 taalopdrachten. In 2024 zijn dat er al 2.955. “Een verdrievoudiging. Dat toont dat een aanklampend beleid werkt”, vindt Tombeur. “Als de kennis van het Nederlands een drempel vormt, is het niet meer dan logisch dat van werkzoekenden verwacht wordt dat ze Nederlandse les volgen. Dat vergroot hun kansen op werk.”
Ook bij werkzoekenden met een ziekte-uitkering in voorbereiding naar werk stijgt het aantal taaltrajecten. In 2021 ging het om 80 gevallen, nu zijn het er al 342. "Dit toont aan dat zij die kunnen werken, klaargestoomd worden om opnieuw op onze arbeidsmarkt terecht komen. We zullen elk talent nodig hebben om de 80% tewerkstellingsgraad te bereiken", besluit Tombeur.